3. Het werknamaals bestaat niet

Herfstbladeren Panorama

Ze liep voor me en praatte nogal veel, op het irritante af, maar er was geen mogelijkheid haar te passeren. Ik kreeg dus hele verhalen te horen terwijl we langzaam tegen het steile bergpad opliepen, pogingen haar te negeren veranderden daar niets aan. Ze gaf les, wat ze graag deed, en over een kleine tien jaar ging ze met pensioen. Maar daarna wilde ze doorgaan met lesgeven en ze droomde ervan om dat in het buitenland te doen, op verschillende plaatsen en in andere culturen. Dat leek haar toch zó fantastisch.

Op een punt waar ik haar eindelijk voorbij kon, overwoog ik kort haar op de schouder te tikken en aan te spreken.
Tap-tap-tap. “Mevrouw, mag ik even? Ja? Fijn. Als dat werkelijk je droom is, dan moet je niet wachten tot na je pensioen. Dan moet je het nu meteen doen! Stel je toch eens voor dat je over drie jaar al doodgaat.”
Deze ingreep was zeer terecht geweest, maar had waarschijnlijk geleid tot onbegrip, want vroegtijdig sterven, zo negatief moet je niet denken.


Blije oudjes

Daar ben ik het mee eens, zo negatief moet je niet denken. Maar weet je hoe je ook niet moet denken? Dat jij en je partner samen in goede gezondheid een lange en gelukkige oude dag tegemoet gaan. En dat het daarom zaak is nu vooral te werken voor een goed pensioen later, zodat je dan al die dingen kunt doen waar je nu niet aan toekomt. Dat zou wel eens tegen kunnen vallen namelijk.


100 jaar

Hoe hun pensioen er financieel uitziet weten de meesten wel, maar hoe het tegen die tijd met de eigen gezondheid en die van de partner gesteld is valt lastiger te voorspellen. Ondanks die onzekerheid blijft vrijwel iedereen dag in dag uit werken met als uiteindelijke doel een goede oudedagsvoorziening, alsof die inspanning tevens een garantie biedt voor het in goede gezondheid bereiken van een hoge leeftijd.

Nadat ik mijn huis verkocht om op reis te gaan, kreeg ik over de financiële kant van mijn pensioen meerdere vragen, die stuk voor stuk op hetzelfde neerkwamen. Stel dat je 100 wordt, heb je daarvoor genoeg opgebouwd? Vanaf welke leeftijd krijg je AOW? Een eventuele financieel gat, hoe ga je dat vullen? Oftewel, wat nu als je nog niet aan je pensioen toe bent en je geld is op?

De naar mijn idee voor de hand liggende wedervraag wordt echter nooit gesteld, maar is minstens zo relevant: wat nu als je nog niet aan je pensioen toe bent en je leven is op? Heb je daar wel eens over nagedacht?


Cijfers

Dit punt wordt duidelijker als ik kijk naar mijn eigen pensioengerechtigde leeftijd (68 jaar) en vervolgens naar de generatie boven mij (ouders, ooms en tantes) en mij daarbij twee vragen stel.

Vraag 1: Hoeveel stellen van die generatie waren op hun 68e nog samen en beiden gezond?
Vraag 2: Hoe lang heeft de vreugde daarna nog geduurd?

Als ik dit op een rijtje zet, pleiten de cijfers helaas niet in het voordeel van de jubelende antwoorden. En als ik de situatie bij vrienden en kennissen in de beschouwing betrek en een hertelling doe, geeft dat een niet veel gunstiger beeld.

Eens kijken wat openbare statistieken over dit onderwerp zeggen.


Statistieken Pensioen

Statistiek

Volgens gegevens in deze tabel van het CBS heeft iemand die in 2021 de leeftijd van 50 jaar had een kans van 67,66% om 30 jaar ouder te worden. Dat klinkt hoopgevend, want het betekent dat er voor mij een kans is van bijna 70% om minstens 80 jaar te worden.

In een andere tabel van het CBS vind ik deze getallen:

  1. Het officiële Europese cijfer voor gezonde levensverwachting is 18,0 jaar voor iemand die in 2021 de leeftijd van 50 jaar had (ik bijvoorbeeld).
    50 + 18 = 68, mijn pensioenleeftijd. Oftewel, als ik dan zou stoppen met werken, kan ik statistisch gezien vanaf dag 1 ellende verwachten. Echt, ik wil meteen weer een baan. Waar kan ik tekenen? Ik zet blind mijn handtekening.
  2. De levensverwachting zonder chronische ziektes is 2,8 jaar voor een Nederlander die 70 jaar was in 2021.
    De toelichting van het CBS zegt hierover dat “voor het berekenen van levensverwachting zonder chronische ziektes is een aantal ziektes geselecteerd waarvan bekend is dat ze tot de dood kunnen leiden of dat ze een belangrijke invloed hebben op de kwaliteit van leven”.

In tegenstelling tot die 70% hierboven klinken deze inzichten weinig hoopgevend.

Maar ook als jij een van de geluksvogels bent die blakend een hoge leeftijd bereikt, dan nog heb je niet meer de kracht en scherpte van een jonger iemand. En als jij langer gezond en fit blijft, doet je partner dat misschien niet.


Naïef

Mijn commentaar bij de cijfers laat zien in welke richting ik denk over de jaren na het werkende bestaan: er is minder tijd, gezondheid en energie beschikbaar dan je zelf graag zou willen en grote avonturen ga je niet meer aan. Daarom moet je een droom zoals lesgeven in het buitenland niet uitstellen tot na de afscheidsreceptie op je werk, maar meteen aanpakken.

Niettemin blijven mensen voltijd inzetten op een toekomst waarvan ze geen idee hebben of die ooit gaat komen en hoe die er dan uit gaat zien. Men leeft in de onbewuste en naïeve veronderstelling dat er later nog tijd en vitaliteit genoeg is. Maar dat zou wel eens tegen kunnen vallen, zoals ik al zei.


Onschuldig

Lachen

En dan vind ik het nu nodig om onverwacht kleur te bekennen, maar niet gevreesd, mijn verhaal gaat ergens naartoe. Ik ben aseksueel. Dat is de meest onbekende geaardheid van alle en komt kort samengevat neer op het niet of amper ervaren van seksueel verlangen. (En het zijn altijd anderen die hier problemen mee hebben, ikzelf totaal niet.) Daarom heb ik geen liefdes- en seksleven en dus ook geen partner, want dat is nu eenmaal niet wat ik zoek. Mocht je je ooit hebben afgevraagd waarom ik vrijgezel ben, dan heb je bij deze een antwoord.

Maar als ik op een vraag over dit onderwerp zou antwoorden “tja, eigenlijk wil ik heel graag een relatie en dat neuken en zo lijkt me echt geweldig … maar dat doe ik na mijn pensioen allemaal wel”, dan zou je toch ongelofelijk hard moeten lachen? En als ik het nog echt zou menen ook, zou de pret snel omslaan in onbegrip (hoezo na je pensioen pas?) en zelfs medelijden (och, arme man toch, je weet niet wat je mist).

Ik vermoed dat je na dit voorbeeld mijn punt wel snapt. Omdat moeiteloos is te bedenken wat er zoal mis kan gaan voordat er op iemands 68e eindelijk een wild seksleven los kan barsten. En dat er daarom een aanzienlijke kans is dat er weinig van terechtkomt.


Ontmoetingen

Maar zelfs als er niets verkeerd gaat, ontbreekt het degenen voor wie de pensioenjaren zijn begonnen aan inspiratie om te doen wat ze, in hun eigen formulering, “eigenlijk altijd al willen”. Ze spreken deze woorden steevast uit met omfloerste stem, zich niet bewust van de treurigheid die er zodoende in doorklinkt. Tijdens mijn reizen ontmoette ik twee duidelijke voorbeelden.

John was een jaar of 70 en ik sprak hem tijdens een boottocht aan de oostkust van Canada. Toen ik vertelde dat ik bezig was met een rondreis van enkele maanden en dat deels per auto deed, was zijn reactie – en daar komt ie: “Ach, dat heb ik eigenlijk altijd al willen doen. Van oost naar west rijden in Canada.”

Altijd al … toen hij jong was, toen hij van middelbare leeftijd was en nu op zijn zeventigste. John oogde energiek genoeg om het avontuur aan te gaan en zoals ik hem inschatte moest hij het financieel ook wel voor elkaar kunnen krijgen. Maar hij heeft het nooit gedaan en hij gaat het nooit doen. Wel paste hij binnenkort samen met zijn vrouw een weekje op de kleinkinderen.


Geraniums tijdens pensioen
Eigenlijk wil ik altijd al achter de geraniums zitten.

De Koreaanse vrouw maakte het nog iets gekker. Ze woonde al tientallen jaren in Canada, was sinds kort gepensioneerd en ik huurde een kamertje in haar huis. ‘s Morgens zaten we samen aan de keukentafel, zij dronk thee, ik een kop koffie. Ze vertelde dat ze – en daar heb je hem weer – eigenlijk altijd al een keer mee wilde met the Canadian, een treinreis van enkele dagen dwars door het land, maar ze zag ertegen op dat alleen te moeten doen.

Sprekend uit ervaring zei ik dat veel mensen die reis alleen maken, dat je de hele weg bij elkaar in een coupé zit en dat je daarom makkelijk contact hebt, zeker als je er zelf voor openstaat. Het overtuigde haar niet. Hoe moeilijk kan het zijn, dacht ik, een treinkaartje kopen en instappen? Maar ze heeft het nooit gedaan en ze gaat het nooit doen. Wel vertrok ze over enkele dagen naar haar dochter om op de hond te passen.


Woef

Mensen werken tientallen jaren om later de vruchten te kunnen plukken van hun arbeid en ze doen dit met een vanzelfsprekendheid die ik niet begrijp. Niemand lijkt vraagtekens te plaatsen, alsof later een paradijs is dat alle inspanning en opoffering volledig rechtvaardigt. Maar later kan anders uitpakken, zoals de onzekerheden over levensduur, gezondheid en levenskracht laten zien. Voor je het weet is passen op nageslacht en huisdieren je voornaamste activiteit.

“Nou Bart, je neemt een behoorlijke gok met de verkoop van je huis.”
“Welnee, als je vol inzet op een toekomst waarvan je geen idee hebt of die ooit gaat komen en hoe die eruit gaat zien, dán neem je een gok.”

Anders geformuleerd: het werknamaals bestaat niet.